Door het leven getekend
Weirdo's is één van de weinige nog overblijvende literaire tijdschriften in Vlaanderen en draagt als boventitel anti-postmodernistisch literair (k)wartaalschrift. De ondertitel Een Kruispuntje is een knipoog naar het vroegere literair tijdschrift Kruispunt. Weirdo's publiceert voornamelijk bijdragen met een afwijkend karakter, een sociale boodschap en/of een grote knipoog of grimlach. Het overgrote deel van de bijdragen zijn gedichten en verhalen maar ook de beeldende kunst (tekeningen, cartoons, strips, beeldgedichten, foto's) komt ruim aan bod. In zijn beschouwende bijdragen wil het blad daarenboven een kritische reflex geven op de gevestigde literatuur én de massa-cultuur die zich vaak al te serieus neemt.
Weirdo's is een verzameling van verbazingwekkende teksten die niets met elkaar te maken hebben, maar die elkaar heel graag omarmen omdat ze getuigen van ongebondenheid die je in de andere tijdschriften niet meer vindt. Met zijn 37 jaargangen bewijst Weirdo's dat het alive and kicking is, ondanks het feit dat meer en meer literaire kompanen uit het verleden voor de eeuwigheid kiezen. Weirdo's is niet zomaar een tijdschrift dat je moet lezen. Je moet je erin onderdompelen en regelmatig naar adem snakken, omdat normaal zijn dodelijk is. Iedereen komt op een of andere manier heelhuids thuis in dit kleine maar gastvrije blad.
Dit nummer staat voor een groot deel in het teken van de artificiële intelligentie. In zijn verhaal Wil je wat gezelschap? stelt Frank Roger ernstige vragen bij de AI-mogelijkheden om de eenzaamheid te verdrijven, en in zijn essay-reeks Betere tijden breekt Guy van Hoof een lans voor de creativiteit die je toch zelf in de hand moet kunnen houden en beter niet kan overlaten aan AI, verder heeft hij het ook nog over de negatieve gevolgen van gezichtsherkenning en beeldmanipulatie. Zelfs Orwell komt even om de hoek piepen. Gelukkig zijn de opgenomen gedichten allen van menselijke oorsprong! Dat garanderen ons Noud Bles, Henk Puister, Mark Hoedemakers, Hubert van Eygen, Hendrik Carette en Edith Oeyen.
Voor de andere verhalen in dit nummer tekenen Eveline Van Dienst en Charles van Wettum (schrijvers doen alles om hun lezers te bestelen van het kostbaarste dat een mens heeft: tijd). Bruno Lowagie zorgt voor twee cursiefjes waarvan Verdommenis eigenlijk best voor de verkiezingen was verschenen…
De onvolprezen Patrick Heymans en Frank Roger zorgen voor de beeldende knipoog. Voor de recensies/essays tekenen Andreas van Rompaey (over Mark Meekers), Hubert Van Eygen (over Frank Roger en Ina Stabergh) en Guy van Hoof (over Gerard Vanhove).
Alweer een degelijk intelligent en niet artificieel nummer dat écht meer lezers verdient!
Nummer 146 (ja, al zoveel!) van het Kinrooise literaire tijdschrift Weirdo’s staat volledig in het teken van de verwondering én de zoektocht naar… Op de voorpagina staat een foto van verwonderde (wondering) kinderen die wandelen (wandering) naar een onzekere toekomst maar daarbij houden ze de helpende handen vast van zij die hopelijk een beetje de weg kunnen wijzen!
Weirdo’s probeert al 37 jaar een alternatieve weg aan te wijzen voor zij die zich niet in slaap willen laten lullen en die zelf de verwondering willen ontdekken. Vaste dichters Lilaine Melis, Hubert Van Eygen, Hendrik Carette en Henk Puisters zorgen voor de poëtische knipoog. De opmerkelijke vaak fantastische verhalen/cursiefjes in dit nummer komen van Frank Roger, Pieter Drift, Luc Vos, Bruno Lowagie (cursief), Finn Aundenaert en Eveline Van Dinest (kort). De kritische noot komt van Guy van Hoof, Andreas van Rompaey (over Noud Bles) en Hubert van Eygen (over Timmie Van Diepen en Henk Puister). Voor de humoristische cartoons staat zoals altijd Patrick Heymans in.
De literatuur in de marge heeft duidelijk nog altijd een belangrijke rol te vervullen: ogen openen voordat ze door dictators/manipulators voor altijd gesloten worden…
Weirdo’s gaat voor alles of niets. Op de voorpagina staat een gesnoeide treurwilg die niets lijkt maar die de verwachting van alles in zich heeft. De bijdragen in dit tijdschrift dat aan de rand van het literaire wereldje opereert draaien allemaal rond deze elementaire keuze en de uiteindelijke conclusie is dat we allemaal waarschijnlijk ergens tussenin belanden!
De poëzie komt van Hubert Van Eygen (streamen is blijkbaar de oplossing voor het alles/niets-dilemma), Finn Audenaert (dissectie van een aardworm of iemand anders?), Hendrik Carette (over tekenaar Benoît van Innis) en Henk Puister (geruststelling voor het hiernamaals). Het overgrote deel van dit nummer wordt gevuld met vreemde verhalen en cursiefjes van Frank Roger (over een speciale vorm van hacking), nieuwkomer Luc Vos (alles of niets achter je stuur met de gsm), Finn Audenaert (over dood of niet?), Bruno Lowagie (over het afschaffen van de belastingen en de gevolgen daarvan…), Pieter Drift (over verkeerde etiquette) en Eveline Van Dienst (ultrakort verhaal over verkeerde sokken).
Voor de kritische bijdragen zorgen Guy van Hoof met zijn nieuwe rubriek Betere tijden? en Hubert Van Eygen (over nog niet gelezen publicaties!). Het gezicht van dit alles/niets-nummer wordt bepaald door huistekenaar Patrick Heymans en collage-artiest Frank Roger. Het is weer een nummer geworden dat nergens te plaatsen is, behalve tussen alles en niets.
Hubert Van Eygen bundelt weer een aantal (buiten)gewone bijdragen. Geïnspireerd door het briljante openingsgedicht Konijn van Finn Audenaert wilde hij balanceren tussen het fantastische en het alledaagse om te bewijzen dat beide benaderingen best tot de trap naar de hemel kunnen leiden! Dat wordt ook gesymboliseerd door de foto op de voorpagina waarop de dagelijkse Chimay broederlijk naast de zwaardvis van Blake & Mortimer staat en waarop literatuur gecombineerd wordt met familiesnapshots. Op de achtergrond zorgt een fragment van Stairway to heaven van Led Zeppelin voor een evenwicht!
De verhalen spelen zich vooral af in de wereld van de fan-tastiek: Frank Roger confronteert ons met een leger van sneeuwmannen terwijl Finn Aendeaert de war against drugs tot het absurde uiterste drijft en Bruno Lowagie het met gele badeenden doet. Diezelfde Lowagie publiceert in de rubriek ’t Huuske een cursiefje over een absurd gebruik van de teletijdmachine. Ries van ’t Bergje huivert dan weer alledaags over Het romantische lot van een kleinschrijver...
De dichters Finn Audenaert, Pieter Drift, Hendrik Carette en Hubert Van Eygen kiezen meer voor het alledaagse maar bewijzen daarmee dat ook dat hemels kan zijn. Voor het kritische werk zorgen Guy van Hoof (met zijn 50ste (!) aflevering van de rubriek De hemel heeft geen dak), Hubert Van Eygen (over de zopas overleden Nicole Van Overstraeten) en Andreas Van Rompaey (over Etienne Colman). Zoals altijd zorgt Patrick Heymans met zijn cartoons voor de humoristische (soms sarcastische) noot tussen al deze ernst, net zoals Frank Roger die een sublieme verbeelding maakt van De burgerwacht. Weirdo’s bewijst met dit nummer weer dat het nog altijd niet overbodig is…
Dit nummer draait voor een deel rond mensen die al of niet (kunnen) stranden… De tekening van Patrick Heymans op de voorpagina heeft geen verdere uitleg nodig!
Hubert Van Eygen ziet in zijn gedicht Gestrand… monokini’s en zonnekloppers de wereldproblemen negeren en Etienne Devisch bouwt zandkastelen op het strand terwijl Hendrik Carette een uitweg zoekt uit zijn veel te luizig literair leven.
Frank Roger schildert een toekomstbeeld dat alles behalve groen is in zijn verhaal Een geval van nieuwsgierigheid en Pieter Drift heeft het over afspraakjes die nooit te lang mogen duren. Nieuweling Finn Audenaert probeert in Kraters het beeld van zijn pompende vader weg te schrijven.
Voor de kritische bijdragen zorgt Guy van Hoof met het 49ste deel van De hemel heeft geen dak (over Onverschilligheid in maatpak) en een bijdrage over de vergeten Limburgse schrijver Jos De Freine. Hubert Van Eygen heeft het o.a. over het nieuwe tijdschrift voor fantastiek In Tenebris en het tijdschrift van de VVL De Auteur.
Verder zijn er nog de vaste waarden Henk Puister (in de rubriek Kort gerokt) en tekenaar Steven de Rie die het weirde beeld compleet maken!
De voorpagina brengt ons terug naar waar het allemaal begon, nl. naar de eerste mannetjes die we tekenden als kind toen de wereld er nog zeer uitdagend uitzag. Emely Leunen, de bijna 4-jarige kleindochter van hoofdredacteur Hubert Van Eygen zorgt zo voor de volgende generatie creativiteit en vreemdheid… Dit nieuwe nummer van het Kinrooise literaire tijdschrift (één van de weinige die nog verder blijven strijden op papier) staat dan ook in het teken van de kinderlijke (= onbedorven) kijk op deze vaak onrechtvaardige en vaak eenzame wereld.
Voor de gedichten zorgen deze keer de vaste waarden Guy van Hoof (dichterlijke interpretatie van Billy Holiday), hoofdredacteur Hubert Van Eygen (die méér wil dan alleen maar woorden), Ina Stabergh (die zich koestert in de eenzaamheid), Edith Oeyen (die terug kijkt op wat geschreven staat), Liliane Melis (die Jotie T’Hooft tegen haar tafelpoot laat schoppen…) en Henk Puister (voor wie het allemaal mooi is geweest).
De verhalen zijn van Frank Roger (die een barst in de hemel heeft gezien), Guido Eekhaut (die zijn trouwring niet wil afgeven) en Pieter Drift (die vanuit zijn bad een nieuwe relatie begint). Hubert Van Eygen schrijft over literaire onrechtvaardigheid naar aanleiding van het verschijnen van het opmerkelijke boek De literaire roeping van Andreas Van Rompaey die vergeten literaire meesters weer in de spotlight zet. En Guy van Hoof schrijft in zijn 48ste (!) aflevering van De hemel heeft geen dak over de roman Quo Vadis van Nobelprijswinnaar Henryk Sienkiewicz.
Voor het grafische luik zorgen Frank Roger (collage Gezin met mutantenkinderen) en Patrick Heymans met z’n vaak billenkletsende cartoons.
Alweer een rare grabbelton van oprechte mensen die nog geloven in het woord. Het is alleen jammer dat er nog zo weinig lezers zijn overgebleven…
Op de voorpagina staat een foto van de prachtige eik die onlangs werd uitgeroepen tot erfgoedboom van de gemeente Kinrooi. Hij staat symbool voor de worsteling die we voortdurend moeten ondergaan met onze eigen wortels, vandaar de titel Gewor(s)teld. Ook de medewerkers van Weirdo's worstelen constant met hun eigen wortels, hun eigen afkomst en de manier waarop zij die verder kunnen gebruiken voor hun toekomst.
De eerste tien bladzijden van dit nummer zijn gewijd aan de onlangs overleden kortschrijver Hans Kilian. Zijn overlijden is het zoveelste verlies voor ons literaire tijdschriftenwereldje. Hij was sinds de jaren ’60 immers actief in meer dan 30 Vlaamse en Nederlandse literaire tijdschriften. Hij was één van de wortels van het tweede schrijfcircuit (dixit Yorgos Dalman) dat nu meer en meer lijkt te verdwijnen…
Frank Roger zorgt weer voor een opmerkelijk verhaal dat ondanks zijn onwaarschijnlijkheid verdomd veel op de werkelijkheid lijkt. Het verhaal van Peter Drift is van een ander kaliber maar is even onvoorspelbaar. Voor de poëzie zorgen Hendrik Carette, Lilane Melis, Henk Puister, Hubert Van Eygen en nieuwkomer Nico Lambrecht. En omdat het (knip)oog ook wat wil, stonden Steven de Rie, Frank Roger en Patrick Heymans opnieuw in voor de illustraties. Guy van Hoof speelt weer in op de actualiteit in het 47ste deel van zijn essay-reeks De hemel heeft geen dak (waarin (schijn)democratie altijd een rol speelt) en Hubert Van Eygen bericht over de tijdschriften, boeken en strips die op zijn nachtkastje liggen.
Het is weer een bont allegaartje geworden dat voortdurend twijfelt tussen kruispunten en rotondes…
In het 140ste nummer van het Kinrooise literair tijdschrift Weirdo’s draait alles rond Hoop, of tenminste een HOOPJE, zoals het in koeien van letters vermeld staat op de voorpagina bij een foto van de allernieuwste weirdo die op 20 oktober 2022 geboren werd, nl. Élou Denier, het zesde kleinkind van hoofdredacteur Hubert Van Eygen.
Op vraag van de redactie schreven een aantal vaste medewerkers een gedicht rond het thema Hoop dat af en toe overhelt in Wanhoop. Zo steekt Pieter Drift ons een hart onder de riem, verrast Hannie Rouweler ons in de woestijn, gaat Guy van Hoof op café, zoekt Hendrik Carette zijn heil in Byzantium, schrijft Germain Droogenbroodt net geen testament, leest Henk Puister de krant aan de ontbijttafel, smacht Tine Hertmans naar vrijheid, hoopt Eric Vandenwyngaerden op een hoopje, zet Hubert Van Eygen alles in op zijn kleinkinderen, gelooft Ina Stabergh niet in doemdenkers en zoekt Edith Oeyen houvast en luisteraars. En zelfs de 3-jarige kleindochter van hoofdredacteur Hubert Van Eygen debuteert met haar interpretatie van deze verknipte wereld!
Daarnaast zijn er de vaste waarden Frank Roger met een opmerkelijk verhaal Gestrand op de pechstrook, Patrick Heymans met zijn sarcastische cartoons, Steven de Rie met zijn verstripte nieuwjaarswensen en Guy van Hoof met zijn 46ste deel van De wereld heeft geen dak (over o.a. Hans Fallada) en een merkwaardige tekst over boksen.
Weirdo’s is bereid om in 2023 wat normaler te worden als ook al die machtswellustelingen die onze hoop ondermijnen gas terug nemen…
Ondanks de waanzinnige koehandel met energieprijzen, de onwaar-schijnlijke oorlog in Oekraïne, de opmerkelijke droogte (die nu aan het verregenen is) en de zoveelste aangekondigde coronagolf (mét vierde vaccinatie) blijft het Kinrooise literair tijdschrift Weirdo’s verschijnen dankzij de onbaatzuchtige inzet van vrijwilligers die méér willen dan fake news, onbetrouwbare social media en egocentrische medemensen. Hoofdredacteur Hubert Van Eygen selecteerde weer een aantal vrije stemmen die tijdloos zijn en die zich niet laten beïnvloeden door de zoveelste angstpsychose vanuit het Jan met de pet-kamp.
Frank Roger publiceert weer een van zijn visionaire verhalen (over regen). Daarnaast zijn er gewone verhalen over burenoverlast van Liliane Melis en José Vandenbroucke, over relatieconflicten van Pieter Drift en over opmerkelijke beelden achter het kantoorraam van Yorgos Dalman. Voor de gedichten tekenen Hubert Van Eygen (alweer over zijn kleinkinderen), Pieter Drift (Zuigend en kloppend / gaan we ten onder), Ann Smet (over de oude man die oplost in niets) en Eric Vandenwyngaerden (over nieuw samengestelde gezinnen). Voor de literaire kritiek zorgen Guy van Hoof (deel 45 van zijn hemel en De vestzak van de tijd over o.a. Lod De Maeyer) en Hubert Van Eygen (over Fandata, Johan Sonneville en Weirdo, uit het leven van een buitenbeentje). En omdat het oog ook altijd wat wil in Weirdo’s zorgen Steven de Rie, Patrick Heymans, Frank Roger en Gert-Jan van den Bemd voor het gezicht van onze rare kwasten.
Weirdo’s blijft een blad waarin alle rare kwasten altijd kunnen thuiskomen, ook al brandt het licht er wat minder, staat de thermostaat er op 19 graden en wordt het gras er wat minder gemaaid! Vergeet niet: geld voor een abo op Weirdo’s kan ongelimiteerd gestort worden (zie Abonneer).
Weirdo’s heeft het moeilijk met mensen die anderen niet binnen laten, dus: LAAT IEDEREEN BINNEN! Dit nummer balanceert voortdurend op de grens tussen arm of rijk, vrij of gevangen, onnodig of noodzakelijk bloedvergieten, werkelijkheid of enkel digitale echtheid, verleden en toekomst.
Henk Puister, Hendrik Carette en Hubert Van Eygen zorgen voor de gedichten die zoals altijd op zoek gaan naar de essentie tussen gewoon geloven of zélf zoeken.
De merkwaardige verhalen zijn zoals altijd van Frank Roger en Yorgos Dalman. De vaak wrange en monkelende tekeningen van Patrick Heymans (Trick) geven zoals altijd een bijzonder cachet aan Weirdo’s, evenals de merkwaardige collages van Frank Roger die op de achterflap van Weirdo’s staan.
En de recensies/essays van Hubert Van Eygen, Yorgos Dalman en Guy van Hoof bewijzen dat schrijven toch blijven is! Dit is een tijdschrift dat iedereen binnenlaat die iets essentieels te zeggen heeft. Waarom krijgen we dan de laatste tijd zo weinig inzendingen? Omdat iedereen denkt dat hij zich digitaal moet bewijzen. Maar dat is oh zo vluchtig. Weirdo’s zorgt ervoor dat er ook in de toekomst mensen zijn die weten dat papier méér is dan iets waarmee je je achterste kan afvegen…
Onder deze titel verzamelde Hubert Van Eygen weer een aantal opmerkelijke bijdragen die bewijzen dat naast alle ellende van de voorbije tijd er ook nog een mogelijkheid is om te genieten van een aantal oprechte woorden. Zijn eygen gedichten draaien allemaal rond de hoop op een betere toekomst, in de gedaante van zijn kleinkinderen: nr. 5 (Matteo) is pas geboren en nr. 6 kondigt zich al aan als ukje. Daarbij krijgt superbommie een speciaal gedicht naar aanleiding van haar 59ste verjaardag. Dergelijke anekdotische familiepoëzie wordt in het poëziewereldje vaak smalend afgedaan als amateurische huis-tuin-en-keukenlyriek maar klinkt niettemin krachtig in deze wereld waarin alleen maar fake news en fragmentair gebazel overheersen.
Guy van Hoof publiceert in zijn essayreeks De hemel heeft géén dak een brief van zijn fictieve vriend Victor Julian Dubrovski waarin hij Poesjkin onrechtstreeks vergelijkt met Poetin. Van Hoof heeft het in zijn rubriek De vestzak van de tijd over de Patricia Lasoen, dame van het Nieuw Realisme, die door haar later werk het anekdotische van deze stroming oversteeg waarbij maatschappijkritiek en ironie steeds belangrijke componenten vormen.
Hendrik Carette publiceert twee merkwaardige gedichten die ons herinneren aan het feit dat je met taal kan spelen en toch een boodschap kan meegeven. Frank Roger kaart deze keer geen wereldproblemen aan maar ergert zich in het verhaal De kettingroker en de tranen van de lezer aan het feit dat hij niet ongehinderd zijn boek kan lezen op een terrasje waar alle werelden bijeen komen.
In de rubriek Op het Kruispunt heeft Hubert Van Eygen het over de nieuwste publicaties van Yorgos Dalman (onder het pseudoniem Rémi Noss) en zijn eigen nieuwste publicatie Het geheugen van Kinrooi die verschijnt naar aanleiding van de 50ste verjaardag van de gemeente Kinrooi waarin hij altijd kan thuis komen. Verder besteedt hij de nodige aandacht aan enkele literatuurwedstrijden én aan het 150ste nummer van collega-tijdschrift Portulaan van Ludo Noens.
Andreas Van Rompaey publiceert een interview met Andreas Roels die in de jaren ’80 van de vorige eeuw een 4-tal opmerkelijke sociale romans publiceerde, maar die nu blijkbaar in de vergetelheid is terechtgekomen. Literatuur kan vluchtig zijn. En Patrick Heymans huppelt doorheen al die bijdragen met zijn onvolprezen cartoons die zorgen voor enkele grimlachjes. Weirdo’s danst zoals steeds in de schaduw, maar lol dat we hebben!
Ondanks de blijvende coronadreiging, de zovele besmettingsgolven en de varianten op steeds hetzelfde thema (het virus begint stilaan in herhaling te vallen) blijft het Kinrooise literair tijdschrift Weirdo’s geloven dat verwondering én verbeelding de spiegelbeelden zijn van onze dromen én onze toekomst. Daarom trekt het deze keer ten strijde onder de slogan: Gaan met die banaan! Want je blijft verwonderd achter na het lezen van de verhalen van Frank Roger (profetisch), Pieter Drift (verrassend) en Guido Eekhaut (bijna normaal).
In de grafische bijdragen staat de ver-beeld-ing op de eerste plaats: bekijk de anti-viruscover en de nieuwjaarscartoon van Steven de Rie, lach in je vuistje met de tekeningen van Patrick Heymans, het geveinsde normaal in de tekeningen van Gert-Jan van den Bemd en het absurde in de collage van Frank Roger. De intrigerende foto’s van Jo Brouns en Marijke Clerx gooien er nog een eindejaarsgevoel bovenop.
Voor de kritische noot zorgen Frank Decerf (over Ingrid Strobbe en Twee soorten adem), Guy van Hoof (zijn 43ste dak) en Hubert Van Eygen (over Bernard Dewulf, plagiaat, Blake & Mortimer, Ina Stabergh en een paar karpers).
De poëzie is deze keer een beetje ondervertegenwoordigd met werk van Guido Utermark, Hubert Van Eygen en Dirk Rommens, maar geef toe:
deze tijden zijn ook niet zo poëtisch. Spiegels liegen nooit, schrijft Hubert Van Eygen. Weirdo’s probeert het normaaldom voortdurend een spiegel voor te houden om eraan te herinneren dat we ons niet moeten blind staren op onszelf. Daar buiten ligt nog een hele wereld die ons nodig heeft!
Naar aanleiding van de terugkeer naar het normaaldom door het afschaffen van talrijke coronamaatregelen vroeg Hubert Van Eygen zich af wat nu eigenlijk als normaal wordt beschouwd. Daarom vroeg hij een aantal medewerkers van zijn literair tijdschrift Weirdo’s iets te maken rond het thema (Ab)Normaal.
Het tijdschrift is altijd een rare malloot geweest in het literaire wereldje en publiceerde altijd bijdragen die uit de marge kwamen en dus als abnormaal worden beschouwd. Maar met het nieuwe nummer wil het ook het normaaldom eindelijk een kans geven. Maar wat is er nog normaal in deze weirde hopelijk post-corona-wereld? Is het niet zo dat de normalen stilaan ook abnormaal zijn geworden in deze wereld van uitzonderingen?
Voor de normale verhalen zorgen Frank Roger, Kris Van Eygen, Yorgos Dalman en nieuweling Gert-Jan van den Bemd. Zij doen héél normaal maar eindigen altijd speciaal. Ook de dichters (Hubert Van Eygen, José Vandenbroucke, Pieter Drift, Henk Puister en Liliane Melis trachten heel gewoon te doen maar blijken uiteindelijk vrij raar te zijn.
Zoals steeds zorgt Guy van Hoof voor sterk onderbouwde essays en schrijft Hubert Van Eygen een aantal recensies over Jo Claes en Guido Devos. Verder wordt het normaaldom vorm gegeven door Patrick Heymans en Gert-Jan van den Bemd. En op de voorpagina staat een foto van een beeldengroep uit Ter Apel (Groningen) van het kunstenaarsduo bloklugthart die het hele gedoe perfect symboliseert met als onderschrift: Soms blijkt het gene dat je ver weg dacht zo dichtbij... Zo zie je maar weer: normaal doen is geen garantie.
Hubert Van Eygen verzamelde onder de titel Zo vrij als... bijdragen van een aantal vaste medewerkers die hun mening geven over de zopas herwonnen vrijheid na (?) de coronapandemie.
Onder de titel Be - vrij - ding? (op de voorpagina in de regenboogkleuren) geven zij hun visie op het valse gevoel van vrijheid na de ellende van het voorbije rampenjaar. Niet alle bijdragen eindigen op een hoera-geroep omdat we toch beter even stilstaan bij de oorzaak van alle ellende: wijzelf! Of zoals Hubert Van Eygen het uitdrukt in zijn gedicht Bevrijding?: Zijn we vrij / of moeten we toch / permanent afstand houden / van onze eigen arrogantie?
Eenzelfde wrange nasmaak krijg je bij het lezen van het verhaal De bevrijding van Frank Roger (dat Weirdo’s inspireerde om dit speciale nummer samen te stellen). Ook de 41ste aflevering van De hemel (de wereld) heeft géén dak van Guy van Hoof doet je vragen stellen bij de zogenaamde vrijheid die we nu trachten te vieren. Yorgos Dalman laat je in zijn verhaal dan weer proeven van een heel andere onvrijheid. En Ina Stabergh schrijft een brief, kijkend vanuit het raam met zicht op de wereld van Corona...
Voor het beeldende werk zorgen Patrick Heymans, Steven de Rie en Frank Roger. Daarnaast geven dichters Tine Hertmans (de ellende van alle / opgespaarde pijn), Dirk Rommens (over bootvluchtelingen: op de rand van de / vrijheid roept een verdwaalde / vogel // in een vreemde taal), Henk Puister, Lucie Putzeijs (Bevrijd zijn is bijna een beetje heilig zijn) en José Vandenbroucke (of is alles zoals vroeger?) hun eigen weirde kijk op het begrip vrijheid. Het poëzie-aanbod wordt vervolledigd met de merkwaardige Verlanglijst van Hendrik Carette én het intrigerende Parlando van nieuwkomer Pieter Drift (Als er een god bestaat begrijp ik hem niet).
Laat me verder maar die koppige einzelgänger blijven is de titel van het interview dat Andreas Van Rompaey had met Willy Verhegghe. Ook daarmee bewijst Weirdo’s weer maar eens dat het apart is en paden bewandelt die anderen liefst vermijden...
Een wegwijzer naar betere tijden?
Natuurlijk staat het coronavirus (of vooral de gevolgen ervan) centraal. Niet dat het allemaal kommer en kwel is, want hier en daar vind je zelfs een beetje hoop tussen de verhalen en gedichten. Voor de poëzie zorgden Hendrik Carette, Henk Puister, José Vandenbroucke (met een schitterend welkom aan 2021), Hubert Van Eygen (met een ode aan zijn vierde kleinkind), Lynn Van Hoof en nieuwkomer Dirk Rommens (maar hij is al jarenlang actief op poëzievlak).
De verhalen zijn van vaste waarde Frank Roger (met een variant op Big brother is watching you), Guido Eekhaut, José Vandenbroucke (die zich ontpopt als literaire duizendpoot) en cursiefjesschrijvers Max Lindemann en Steven de Rie.
Voor de beklijvende beelden zorgen Patrick Heymans (met o.a. een vuistje in de Sixtijnse kapel), Steven de Rie, Frank Roger, Sofie Van Eygen (de foto op de voorpagina van haar dochter Emely en binnenin die van haar tweede dochter Cleo) en Hubert Van Eygen (gekwetste boom met sterke takken). Ook Miet Lemmens is deze keer van de partij met een foto van haar eenzame zwemmer. Weirdo’s lijkt wel een écht familietijdschrift.
Zoals altijd staat Guy van Hoof in voor de kritische literatuur in zijn twee rubrieken De hemel heeft géén dak (deel 40 al, over Erasmus, Woodcock en Van Gogh) en De binnenzak van de tijd (over Filip Tas en Ward Ruyslinck). Weirdo’s bewijst alweer dat het een vaccin is tegen normaaldom en gelatenheid.
Naar aanleiding van het overlijden van John Heuzel op 7 oktober stelde Hubert Van Eygen een speciaal dossier samen rond deze opmerkelijke tijdschriftenman die in de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw het tijdschrift Kruispunt uitbouwde tot één van de opmerkelijkste literaire kruisbestuivingen in de laatste 50 jaar. Uit dit dossier blijkt duidelijk dat John Heuzel wel degelijk de voorvader is van Weirdo’s. Het uitvoerige dossier wordt nog aangevuld met een digitaal dossier (klik bovenaan Geschiedenis/Walk of fame). De redactie bundelde er ook een groot aantal in memoria van andere Weirdo’s die ons in de voorbije jaren verlaten hebben, als eerbetoon aan al die vaak snel vergeten veldwerkers van onze literatuur.
Voor de poëzie zorgden Hendrik Carette (vroegere medewerker van Kruispunt), Hubert Van Eygen (idem), Guy van Hoof (idem), Henk Puister (tweemaal corona-aanklachten) en Lucie Putzeijs (een herfstkus in de winter…). De verhalen zijn deze keer van vaste waarde Frank Roger, Guido Eekhaut (nieuwe vaste waarde!) en cursiefjesschrijvers Max Lindemann en Ann Smet. En uiteraard wil het oog ook wat: wat we niet kunnen zeggen, dat beelden
onze beeldende kunstenaars/fotografen altijd uit, nl. Patrick Heymans, Steven de Rie, Frank Roger, Georges Van Aerschot, Willy Linthout en de zusters Sofie en Sara Van Eygen. Zoals altijd is Weirdo’s een vat vol verrassingen en een vaccin tegen onverschilligheid en wanhoop!
Op de voorpagina zit een vertwijfelde figuur mét mondmasker die op een onbewoond eiland is aanbeland. Met deze sublieme cartoon van huistekenaar Patrick Heymans wil het blad de absurditeit van deze corona-tijden (en de paniek-voetbalmaatregelen ertegen) benadrukken.
Maar dat wil niet zeggen dat het allemaal kommer en kwel is. Er komen immers nog heel wat andere dwarsliggers aan het woord. Een groot deel wordt opgevuld door hoofdredacteur (én bompie) Hubert Van Eygen die op één jaar tijd maar liefst drie kleinkinderen kreeg. En het vierde kleinkind is al onderweg. Je zou voor minder dichter worden.
Dat Weirdo’s een visionair tijdschrift is heeft het al dikwijls bewezen met onder andere bijdragen van huisverteller Frank Roger. Nét op het moment dat we na 493 dagen een federale regering krijgen, schrijft hij een verhaal over het perfecte compromis tussen Vlaanderen, Wallonië én België. Eigenlijk was een federale regering volgens hem niet nodig. Verder wordt Ina Stabergh nog eens in de bloemetjes gezet naar aanleiding van 40 jaar schrijven: een leven vol woorden. Henk Puister zorgt voor dichterlijke hoop nà het corona-virus. Maar Liliane Melis benadrukt dat het ook de andere kant op kan gaan, naar de negende hellekring.
Guy van Hoof heeft het in zijn essay-reeks De hemel heeft géén dak opnieuw over de wanverhouding tussen de rijken en de armen in deze wereld, aan de hand van boeken van Thomas Piketty, Kurt Vonnegut en Pierre Sansot. Verhalenverteller Guido Eekhaut schrijft een verhaal waarin geconcludeerd wordt dat kennis en informatie niet mogen overgelaten worden aan de massa. In zijn verhaal passeert de vreselijke president Trump maar ook de verstandige dienster Martha die ons doet nadenken over de eenzaamheid van ons sociaal leven via facebook en andere social media.
Ann Smet schrijft een opmerkelijk cursiefje over duiven (met een leuke tekening van Steven de Rie) en Hubert Van Eygen moet jammer genoeg weer twee weirdo’s ten grave dragen, nl. de heemkundige Mathieu Kunnen en de onbuigzame schrijver Daniël Van Hecke. Daarnaast besteedt hij aandacht aan de studie die Andreas Van Rompaey onlangs publiceerde over Paul De Wispelaere.
Dit nummer staat voor een deel in het teken van de coronacrisis. Hubert Van Eygen verzamelde een aantal opmerkelijke bijdragen over de angst, de opsluiting, de wanhoop en de ontmenselijking die het Covid19-monster veroorzaakte (o.a. gedichten van Hubert Van Eygen, José Vandenbroucke, Lucie Putzeijs, Frank Decerf en Henk Puister, een essay van Guy van Hoof en een beeld van Eer Dirkx). Maar er zijn ook stemmen van hoop en verwachting te horen, gelukkig maar (verhaal van Hans Kilian, gedichten van Erika De Stercke).
staat voor een deel in het teken van de coronacrisis. Hubert Van Eygen verzamelde een aantal opmerkelijke bijdragen over de angst, de opsluiting, de wanhoop en de ontmenselijking die het Covid19-monster veroorzaakte (o.a. gedichten van Hubert Van Eygen, José Vandenbroucke, Lucie Putzeijs, Frank Decerf en Henk Puister, een essay van Guy van Hoof en een beeld van Eer Dirkx). Maar er zijn ook stemmen van hoop en verwachting te horen, gelukkig maar (verhaal van Hans Kilian, gedichten van Erika De Stercke).
staat voor een deel in het teken van de coronacrisis. Hubert Van Eygen verzamelde een aantal opmerkelijke bijdragen over de angst, de opsluiting, de wanhoop en de ontmenselijking die het Covid19-monster veroorzaakte (o.a. gedichten van Hubert Van Eygen, José Vandenbroucke, Lucie Putzeijs, Frank Decerf en Henk Puister, een essay van Guy van Hoof en een beeld van Eer Dirkx). Maar er zijn ook stemmen van hoop en verwachting te horen, gelukkig maar (verhaal van Hans Kilian, gedichten van Erika De Stercke).
In Weirdo’s mag er altijd gelachen worden (cursiefje en cartoon van Steven de Rie, cartoons van Patrick Heymans). De verhalenvertellers komen sterk aan bod met merkwaardige vertelsels van Frank Roger, Max Lindemann, Guy van Hoof (met beeldend werk van Georges van Aerschot) en Guido Eekhaut.
Die schreeuwende boodschap in het rood staat op de cover. Op de achtergrond dreigt Icarus zich te pletter te vliegen op de toren van Babel. Een deel van het nummer staat dan ook in het teken van de coronacrisis die het dagelijkse leven praktisch helemaal heeft platgelegd. Maar niet de verbeelding!
Hubert Van Eygen en Henk Puister schrijven gedichten over de dodelijke uitdagingen die onze arrogantie doen wankelen. Ook Guy van Hoof kan in zijn essay-reeks De hemel heeft geen dak deze crisis niet onopgemerkt voorbij laten gaan en roept zelfs beelden op van de pest die in 1630 Milaan trof. En Frank Roger heeft het in zijn verhaal Terreur Terreur! niet specifiek over de coronadreiging maar wijst ons wel - op sarcastische wijze - op het hallucinante feit dat we zelf perfect in staat zijn om onze wereld compleet te ontwrichten door een klein beestje.
Maar tegenover al dit negativisme stelt de redactie ook het positieve van de verbeelding, van de liefde, van de hoop, van de toekomst. Lucie Putzeijs schrijft een teder strelend gedicht, Hubert Van Eygen bejubelt zijn tweede kleinkind (dé toekomst!) én eist dat gedichtendag een gedichtenjaar wordt. En Gerard Rozeboom probeert een vlinder-gedicht te zijn. Patrick Heymans brengt met z'n frappante cartoons een glimlach op ons gezicht.
Hubert Van Eygen herdenkt twee Weirdo's die geruisloos deze wereld verlieten: Piet Teuwens en Frank Zonderland. Echte weirdo’s sterven dan blijkbaar toch in stilte..., is de jammerlijke conclusie. Maar als je leest wat ze allemaal hebben gepresteerd op het gebied van de verbeelding kan je hen enkel dankbaar zijn. Uiteindelijk blijven de échte weirdo's overeind: José Vandenbroucke dicht zijn merkwaardige Midlife-tango en Liliane Melis komt op haar eigen manier weer thuis.
Door de coronacrisis had Hubert Van Eygen weer wat meer tijd om te lezen, dat blijkt ook uit de rubriek Op het Kruispunt waarin hij werk van Hec Leemans/Dirk Stallaert (de strip Nino), Omayma S., Steven de Rie, Hans Kilian, José Vandenbroucke en het tijdschrift Ballustrada bespreekt.
De titel verwijst zowel naar het klimaat als naar duurzaamheid én opvolging: de zekerheid dat het papieren literaire tijdschriftenwereldje niet uitsterft. Weirdo's wil één van die tijdschriften blijven waarin dwarsliggers hun ding kunnen blijven doen én waarin over dwarsliggers wordt geschreven die de laatste deur achter zich hebben dicht gedaan. Het beeldend werk is zoals altijd van de hand van Patrick Heymans en Frank Roger.
Voor de gedichten zorgen Hubert Van Eygen (over zijn kleinkind maar algemeen over ieders lieveling), Henk Puister (Hoeveel novembers), Daniël Van Hecke (De verschroeide Hof van Eden), Germain Droogenbroodt (Kerstmis 2019) en Liliane Melis (over Patti Smith). Frank Roger schrijft een verhaal met een apocalyptisch einde.
Nieuwkomer Lucie Putzeijs schrijft een triest cursiefje over nieuwjaarsnacht en Hans Kilian serveert enkele aforismen. Het essay/recensie-luik is rijk gevuld: Hubert Van Eygen bespreekt de nieuwste dichtbundel van Daniël Van Hecke en heeft het over de toekomst van de papieren literaire tijdschriften in Vlaanderen. Andreas Van Rompaey maakt kanttekeningen bij het verdwijnen van het tijdschrift G (voormalig Gierik/NVT). Wie leest leeft langer schrijft Guy van Hoof en in deel 36 van de reeks De hemel heeft geen dak heeft hij het over woorden die nooit staken (net als armen en daklozen).
Nieuw bloed is zeker nodig in literair tijdschriftenland aangezien weer een broertje de geest heeft gegeven. Na 't Kandelaartje, Wel en Schoon Schip is het de beurt aan G, de kortstondige opvolger van Gierik & NVT, vandaar een klein in memoriam. Maar niet getreurd. The Next Generation brengt hoop. Hubert Van Eygen dacht: als de anderen het niet doen, moet je maar zelf voor opvolging zorgen. Zijn jongste dochter stapte in het huwelijksbootje, bovendien werd hij bompie voor het kindje van zijn oudste dochter. Sinds 6 september veroorzaakt Emely niet alleen druipende pampers maar zorgt ze ook voor creatieve uitbarstingen in Kinrooi en omstreken.
Frank Roger publiceert het visionair verhaal De uitgang. Een nieuwe stem is Ann Smet die het cursiefje Oldie schreef, met medewerking van tekenaars Willy Linthout (Urbanus-strips) en Steven de Rie. Uiteraard ontbreekt cartoonist Patrick Heymans niet: met zijn vaak absurde humor zet hij ons allemaal in onze onderbroek (vaak letterlijk). Aandacht krijgt ook het keiharde zwart-witwerk van Geert Peeten, die onlangs een tentoonstelling opende in de bibliotheek van Neerpelt. Volgens Guy van Hoof hebben we dringend een regering van algemeen nut nodig, maar in zijn essayreeks De hemel heeft geen dak concludeert hij: Het dak valt nog niet, de hemel blijft op zijn plaats. We leven in de beste der werelden, indien we tenminste moeite doen om daar te blijven voor zorgen.
Verder zijn er gedichten van Lilaine Melis, Freda Kamhpuis, Henk Puister, Jelaluddin Rumi en Hubert Van Eygen. De echografie van alweer een nieuwe telg in Huberts familie dient als voorsmaakje voor de volgende Weirdo's.
Het controversiële klimaatthema komt hierin aan bod, maar ook scheve media en rechte politiek. Liliane Melis, Hubert Van Eygen, Henk Puister, Etienne Devisch en Gerard Rozeboom staan in voor het poëtische luik. Frank Roger verwondert ons zoals altijd met een merkwaardig verhaal dat vertelt over De ontdekking van Bofferskonte.
De essays zijn van Andreas Van Rompaey (over Ben Bogart), Guy van Hoof (over B. Traven) en Yorgos Dalman (over het korte werk). De cursiefjes zijn van de hand van Liliane Nelis en nieuwkomer Max Lindemann. Hubert Van Eygen recenseert het nieuwste werk van de Limburgse collega’s Ingrid Lenaerts en Edith Oeyen. De cartoons van Patrick Heymans zetten de puntjes op de i, net als de collage van Frank Roger.
Onder het motto Aan de toog heeft/is iedereen gelijk bundelde Hubert Van Eygen tal van bijdragen die bewijzen dat verkiezingen overbodig zijn zolang er togen bestaan waaraan mensen hun beklag kunnen doen én hun gelijk kunnen halen. Democratie tussen de pinten, bij wijze van spreken. Voorts is er een bijdrage over alweer een literair tijdschrift dat de geest heeft gegeven: Schoon Schip, het enige Vlaams-Nederlands literair/cultureel tijdschrift (buiten Weirdo’s natuurlijk) dat zijn activiteiten stopt na het overlijden van Raymond ten Berge (1939-2018). Het literaire landschap wordt schraler en schraler.
Verder leveren Henk Puister, Etienne Devisch, Liliane Melis, Freda Kamphuis en José Vandenbroucke een poëtische bijdrage om de discussies aan de toog aan te zwengelen. Uiteraard zijn Patrick Heymans (schitterende cartoons), Frank Roger (weer een zeer actueel verhaal) en Guy van Hoof (De hemel heeft geen dak, over armoede) ook weer van de partij. Hans Kilian en Liliane Melis doen het cursief terwijl Hubert Van Eygen terugkijkt op de voorstelling van zijn dichtbundel Thuis komen. Opmerkelijk is de bijdrage van tekenaar Geert Peeten die The Escape doet uiteenvallen in zwart-wit. Verder recenseert Hubert Van Eygen een aantal boeken van schrijvers die hem in de voorbije maanden konden bekoren, waaronder Jo Claes, Guy Didelez, Eric Vandenwyngaerden, Guy van Hoof, Ludo Van Reyten en Frank Zonderland.
Het heeft weer even geduurd, maar Weirdo's is weer verschenen. Het opent echter met de mededeling dat alweer een literair tijdschrift in Vlaanderen de vlam heeft uitgeblazen: 't Kandelaartje, het tijdschrift van de gelijknamige poëzievereniging die sinds 1983 vooral in Limburg actief was. Waarom? Omdat het voltallige bestuur ontslag heeft genomen. Tegelijkertijd stopt ook Wel, het Leuvense tijdschrift van Hans Devroe, met zijn activiteiten. Net als 't Kandelaartje verscheen Wel het eerst in 1983. Het tijdschrift stopt ermee omdat ze het vele werk met zo weinig mensen niet kunnen klaren. Van de ongeveer 35 papieren literaire tijdschriften die verschenen in de jaren '80 van de vorige eeuw blijven er nu nog een 9-tal over.
Het is dan ook zeer verwonderlijk én uitzonderlijk dat een klein tijdschrift zoals Weirdo's blijft verschijnen. Waarom? Omdat Weirdo's blijft geloven dat er naast het normaaldom iets uitzonderlijks te ontdekken valt. Bewijs daarvan zijn de dichters Etienne Devisch, Freda Kamphuis, Liliane Melis, Henk Puister, Gerard Rozeboom, José Vandenbroucke en Hubert Van Eygen die hun inkijk geven in hun weirde wereld. Daarnaast zijn er de vaste waarden Patrick Heymans (cartoonist uit de marge), Frank Roger (dé verhalenverteller uit de schemerzone) en Guy van Hoof (essayist van de armoede). Nieuwkomer Andreas Van Rompaey heeft het over een speciaal censuurgeval.
Wie had gedacht/gehoopt dat dit vervelende tijdschrift nu eindelijk zou verdwijnen, komt bedrogen uit. Hubert Van Eygen blijft met zijn weirde ploeg merkwaardige, opmerkelijke, verbazende en wenkbrauw fronsende bijdragen op het onwetende publiek afvuren. Op de cover prijkt een kleurrijk zonnebloemmeisje (een foto van Sofie Van Eygen, als symbool voor de schoonheid van het vreemde).
Verhalenverteller Frank Roger (weer een kritisch verhaal over ons misbruik van deze wereld en een hilarische collage), tekenaar Patrick Heymans (ogenopenende cartoons) en de dichters Henk Puister, Freda Kamphuis en Hubert Van Eygen (gedichten over kiezen) brengen een aantal bijdragen die aantonen dat afwijken niet altijd negatief moet worden begrepen. Daarnaast bewijst Yorgos Dalman dat hij de lezer kan blijven boeien met zijn opmerkelijke verhalen waarin vreemde figuren altijd de hoofdrol spelen. Ook Ward Mertens schrijft een verhaal dat je liever niet zelf meemaakt.
José Vandenbroucke brengt een wanhopig zelfportret als kunstenaar en een melancholisch gedicht bij muziek van Duke Ellington. Liliane Melis herschrijft de bloedige pijn van Jotie 't Hooft en Guy van Hoof mijmert in het 31ste deel van zijn essayreeks De hemel heeft geen dak over het merkwaardige leven en werk van Victor Hugo.
Weirdo's staat voor een groot deel in het teken van het overlijden van de meester van de waanzin Dirk Biddeloo, vandaar (Waan)Zin blijven verwoorden. Hij overleed al in 2014 maar krijgt nu pas zijn in memoriam omdat zijn overlijden blijkbaar nog niet was doorgedrongen tot in Kinrooi.
Dirk Biddeloo was een salon-Weirdo avant la lettre. Hij was redacteur van het literair tijdschrift Initiatief (1982-1989) en publiceerde een groot aantal toneelstukken en monologen, naast een verhalenbundel, drie romans, scenario's voor twee stripverhalen en een aantal liedjesteksten. Hij werkte ook mee aan de geruchtmakende verhalenbundels Hoogspanning (1986) en Vieze oude mannetjes (1987). Hij was de broer van Karel Biddeloo, de tekenaar van De Rode Ridder (van 1968 tot 2004) die de fee Galaxa introduceerde in de strip.
Vooral uit de gedichten van Gerard Scharn, Seger Weijts, José Vandenbroucke, Henk Puister, Freda Kamphuis, Gerard Rozeboom én Dirk Biddeloo blijkt dat zin en waanzin kort bij elkaar liggen in Weirdo's. Voor het proza zorgt Frank Roger die op zijn eigenzinnige wijze de onheilspellende toekomst wat dichterbij brengt. De cursiefjes zijn van Hans Kilian (Bloomsdag) en Freda Kamphuis (Gesprek in de trein). Daarnaast beschrijft Liliane Melis haar eerste bijna fatale ontmoeting met de kunstenares Frida Kahlo en schrijft Guy van Hoof in zijn rubriek De hemel heeft geen dak over Victor Hugo én zijn maitresse Juliette Drouet (die van Victor, niet die van Guy). Voor het beeldend luik zorgen Marieke Van den Broeck, Patrick Heymans en Frank Roger.
Naar aanleiding van het overlijden van de Tongerse dichter Dirk Tits (1961-2018) publiceert Hubert Van Eygen een beknopte biografie van deze opmerkelijke dichter/performer, want Gedichten sterven nooit. Samen met Tits zette Van Eygen zijn eerste literaire stapjes in Leuven (beiden studeerden er Germaanse filologie). Van 1982 tot 1989 zaten ze samen in de redactie van het literaire jongerentijdschrift Initiatief dat onrechtstreeks de vader van Weirdo's kan genoemd worden (hoewel het tijdschrift Kruispunt daarvoor werd voorbehouden).
Op de cover prijkt de prachtige tekening die Karel Biddeloo maakte voor de enige officiële dichtbundel die Dirk Tits ooit publiceerde: De dode gedichten uit 1986. Karel Biddeloo was de tekenaar van De Rode Ridder én broer van Dirk Biddeloo die ook redacteur was van het tijdschrift Initiatief. Naast de beknopte biografie van Dirk Tits zijn enkele gedichten van hem opgenomen die vroeger al verschenen in Weirdo's en Wel én een ongepubliceerd gedicht uit de omvangrijke literaire correspondentie van Tits-Van Eygen uit de jaren 80.
Guy van Hoof denkt in zijn cursiefje Dirk Tits, waar bleef je? terug aan zijn samenwerking met Dirk en aan de manier waarop hij plots verdween uit het literaire wereldje. Vanwege gebrek aan waardering? Verder publiceert Guy van Hoof zijn 29ste deel in de reeks De hemel heeft geen dak waarin hij op zijn eigenzinnige manier armoede koppelt aan literatuur en cultuur in het algemeen. Hij heeft het o.a. over Robert Maxwell en de film Viva la liberta.
Frank Roger publiceert een opmerkelijk jaaroverzicht in zes hoogtepunten dat bijna visionair kan genoemd worden. Hij schreef dit verhaal voordat Argenta grote problemen had met hun online-bankiermogelijkheden en toch waarschuwde hij al voor de foutjes die kunnen gebeuren in ons virtueel geldverkeer.
Voor de gedichten zorgen Hubert Van Eygen, Etienne Devisch, Henk Puister en Freda Kamphuis. Zoals altijd staat Patrick Heymans (Trick) in voor het beeldend gedeelte van Weirdo's en zorgt Hubert Van Eygen zelf voor een ode aan zijn leermeester Herman de Coninck en bespreekt hij de eerste roman Trappen van zijn dorpsgenoot Jan Nies. Als afsluiter publiceert Liliane Melis een ontnuchterend verslag van haar zondagmiddagbezoek aan haar ouders.
De ongebondenheid staat centraal, want al meer dan 30 jaar doet Weirdo's zijn eigen ding, zonder zich iets aan te trekken van alle rages en modes. Dat wordt ook gesymboliseerd door de foto op de cover waarop Hubert Van Eygen te zien is met een t-shirt met de slogan Ik moet just niks erop. Een ongedwongen malloot?
Zo schrijft Hubert Van Eygen een in memoriam over mede-weirdo Martin Wings die onlangs overleed. In één van zijn recentste gedichten schrijft hij: misschien krijgen wij dan spijt / zijn misschien een tijdje de weg kwijt / maar een weg is altijd wel te vinden / maar nooit, nooit laat ik mij binden. Symbool voor die ongebondenheid staat ook blues-legende Robert Johnson waarover een uitvoerig artikel wordt gepubliceerd naar aanleiding van de verschijning van de graphic novel Love in vain. Guy van Hoof schrijft een essay over Daniël Van Hecke die ook in geen enkel vakje kan gestopt worden. En Hubert Van Eygen recenseert de nieuwste strip van Geert Peeten die allesbehalve mainstream kan genoemd worden.
Het poëzieluik wordt in ruime mate ingevuld door Etienne Devisch met 5 gedichten. Daarnaast passeren Liliane Melis, Gerard Rozeboom, Maria Sesselle, Guido Utermark en Hubert Van Eygen de revue. Frank Roger schrijft een afwijkend kerstverhaal terwijl Guy van Hoof het heeft over rijk gevulde tafels en de kruimels in zijn reeks De hemel heeft geen dak. Patrick Heymans en Frank Roger (De noodkreet) staan in voor het grafische luik.
Hubert Van Eygen bundelde een aantal opmerkelijke bijdragen rond het thema Deuren. Met dit thema verwijst hij uiteraard naar The Doors, de band van Jim Morrison, maar ook en misschien vooral naar wat William Blake (1757-1827) schreef: If the doors of perception were cleansed everything would appear to man as it is, infinite. For man has closed himself up, till he sees all things thro' narrow chinks of his cavern.
De dichters Hubert Van Eygen, Henk Puister, Gerard Rozeboom, Maria Sesselle, Tine Hertmans, Freda Kamphuis en Hans Claus doen deuren open die anderen gesloten laten. Frank Roger laat in zijn verhaal De inconsequente klant weer een andere weirde kant van zijn talent zien, nl. zijn muzikale voorkeur. Etienne Devisch schrijft een ultrakort verhaal over drie deuren waarin Jim Morrison figureert. Guy van Hoof schrijft een cursiefje over de Chinese film Warm Spring maar zorgt ook voor het 27ste deel in zijn essay-reeks De hemel heeft geen dak (nu over zwart-witdenken). Daarnaast recenseert hij de film Il papa di Giovanna waarin hij bewijst dat mensen blind blijven voor hun fouten in het verleden. Verder recenseert Hubert Van Eygen boeken van Jo Claes en Ina Stabergh.
Het beeldend luik wordt gevuld met foto's van Hubert Van Eygen en Miet Lemmens (schitterend panorama met de witte menhir van Wéris, ook een deur naar de andere wereld) en cartoons van Patrick Heymans. Sluitstuk is de op hol geslagen meetlat van Frank Roger.
Hubert Van Eygen bundelde opnieuw bijdragen van verhalenverteller Frank Roger (De actiedag) over gehackte geldautomaten, tekenaar Steven de Rie (Poespoes en de professor), cartoonist Patrick Heymans (getekende humor met een dikke knipoog), essayist Guy van Hoof (over de grote oorlogen tussen de indiaanse stammen en de Amerikaanse regeringssoldaten) en dichteres Freda Kamphuis (Onthard). Daarnaast zijn er bijdragen van nieuwere medewerkers zoals de dichters Miel Vanstreels, Liliane Melis, Gerard Rozeboom en Hans Kilian. Opmerkelijk is het opiniestuk U hebt het ook wel eens gehad van Hans Claus over hoe conflicten door de enen als oorlogen worden beschouwd terwijl anderen het terroristische daden noemen. Zeker een stuk om bij stil te staan en niet om over te gaan tot horen, zien en zwijgen.
Uiteraard vult Hubert Van Eygen ook zijn deel van het tijdschrift. Naast de prachtige foto van zijn gebruikte wc-potten op de cover (denkend aan Marcel Duchamps) vinden we van hem een cursiefje in de rubriek 't Huuske waarin hij toegeeft als enige van zijn familie géén onderscheiding te hebben gehaald tijdens zijn studies, een gedicht (waarin hij de dingen zegt die overblijven als iedereen is uitgeluld) en een kort stukje over een nieuwe lichting Kinrooise schrijvers. In de rubriek Op het Kruispunt recenseert Guy van Hoof enkele boeken van Ludo Noens en signaleert Hubert Van Eygen de nieuwste boeken van Jo Claes (deze vier heren publiceerden in de jaren '80 van de vorige eeuw allemaal in het literair tijdschrift Initiatief). In de rubriek Onlangs bij de platenboer denkt Hubert Van Eygen terug aan Sgt. Peppers Lonely Hearts Club Band van The Beatles dat 50 jaar geleden verscheen. Kortom, een ode aan iedereen die af en toe terug wil kijken naar het begin om zo het einde te kunnen voorspellen.
Weirdo's brengt weer een allegaartje van merkwaardige en verrassende bijdragen. Zo zorgt Frank Roger voor een profetisch verhaal waarin we de falende wereld herkennen die ons omringt. Yorgos Dalman vertelt ons een merkwaardig verhaal waarin het spoor en een trein een belangrijke rol spelen. Op het einde blijf je op je honger zitten maar dat is ook de bedoeling van de treiterende auteur. Het verhalende gedeelte wordt vervolledigd met cursiefjes van Liliane Melis en Freddy Jonckers die de lezer enkele grimlachjes ontlokken.
Voor de poëtische noot zorgen de profetische Hans Claus (De wereld is vrij op proef), nieuweling Gerard Rozeboom (de laatste keer dat ik je zag), Henk Puister (Vaarwel vader), Edith Oeyen (de afstand tussen ons maakt zelfs de mooiste droomkastelen stuk), Johan Anthonis (Hou u vast aan de vlam van uw idealen), Hejatomsma (Reïncarnatie) en Hubert Van Eygen (Wat is een gedicht? Iets dat toe is zonder dat je het hebt dicht gemaakt).
Guy van Hoof schrijft het 25ste deel van zijn De hemel heeft geen dak waarin hij het heeft over indianen, Vine Deloria, Karl May en Pierce Brosnan. Hubert Van Eygen combineert in zijn rubriek Erfgoed Revisited de fictie-reeks Beau Séjour met de geschiedenis van het hotel Beau Séjour in Lanklaar én huize Litzberg waar de Maaslandse dichter Arnold Sauwen woonde van 1907 tot 1919. Hubert Van Eygen recenseert ook de nieuwste bundel van de Beringse dichteres Edith Oeyen: Dit is de verste stilte ooit. Hij herontdekte tevens een zeer merkwaardig boekje Girls are weirdos but they smell pretty van Todd Harris Goldman waardoor hij de vrouwelijke helft van deze wereld beter kan begrijpen.
De verwondering die eigen is aan Weirdo's wordt in beeld gebracht door fotografen Leona Van Horne (voorpagina) en Lieve Versleegers (de schreeuw), tekenaar Patrick Heymans (wrange kolder), huistekenaar Steven de Rie en collage-artiest Frank Roger.
Op 13 december 1986 werd in De Blauwe Schuit te Leuven Weirdo's gelanceerd tijdens de literaire manifestatie De nieuwe tachtigers. Niemand durfde toen te voorspellen dat dit kleine tegendraadse blad het 30 jaar lang zou uitzingen. Het ziet zichzelf al sinds 1992 als een anti-postmodernistisch literair (k)wartaalschrift, spreekbuis van rare kwasten of zoals het in het voorwoord van nr. 1 werd gezegd: We zijn gewoon weirdo's, ten voeten uit. Rare kwasten, geschiften die voor geen enkele rede vatbaar zijn, we spreken allen dezelfde taal: de taal van de Waanzin. Niet voor niks staat al jarenlang de volgende zin in het colofon: Dat brengt uiteraard met zich mee dat inzendingen met een sociaal geëngageerde inslag en/of met een afwijkend karakter de voorkeur krijgen in dit blad.
Naar aanleiding van de 30ste verjaardag verscheen als gratis bijlage een facsimile van de eerste uitgave met bijdragen van de oprichters Frank Moyaert en Hubert Van Eygen, naast die van Johan Anthonis, Christel Willocks, Erik Slaets en Kris Van Eygen. Weirdo's, dat zijn thuishaven oorspronkelijk in Boortmeerbeek had, verhuisde later naar Kessel-Lo om uiteindelijk te landen in het Limburgse Kinrooi waar oprichter Hubert Van Eygen het blad doorheen de jaren grotendeels alleen bleef uitgeven. Mede-oprichter Frank Moyaert overleed in 2014 door een mislukte vlucht vanop de vijfde verdieping van zijn appartement aan de Helenalei te Antwerpen.
Het blad blijft elke drie maanden een allegaartje brengen van gedichten, verhalen, tekeningen, strips, essays en recensies die vanuit en over de marge van onze samenleving worden geschreven, met de nodige zin voor humor én sarcasme. Voor de speciale verjaardagseditie werden een aantal gewezen en huidige medewerkers gevraagd een bijdrage te leveren. Zo keren Johan Anthonis (met aforismen), Erik Slaets (schitterende foto's) en Kris Van Eygen (fotoherinneringen) na lange tijd terug in Weirdo's, evenals Yorgos Dalman (vreemde verhalenverteller) en Ineke Dalman (intrigerende tekeningen). Steven de Rie die Weirdo's een gezicht geeft sinds 1989, kon uiteraard niet ontbreken, evenals Patrick Heymans, cartoonist van de slappe lach. Verder passeren een aantal medewerkers uit de jaren '90 die nu nog regelmatig hun medewerking verlenen, de revue, zoals Guy van Hoof (De hemel heeft geen dak), Hans Kilian, François Vermeulen, Liliane Melis en Frank Roger, de vaste klant met verhalen maar ook met opmerkelijke collages. Uit het recentere tijdperk van de nillies werden de dichters Guido Utermark, Eric Vandenwyn-gaerden, Henk Puister, Freda Kamphuis, Ingeborg Haalboom, Francis De Preter en Paul Van Dessel geselecteerd.
En waarom is Hubert Van Eygen al die jaren Weirdo's blijven uitgeven? Hij geeft zelf het antwoord in de inleiding: Wij zijn misschien wel raar, abnormaal, ongewoon of gek, maar alleszins niet overbodig. Die laatste twee woordjes blijven na 30 jaar nachtwerk bovendrijven: niet overbodig. Ook al hebben we enkel een rimpeling op het water veroorzaakt. Ook al krijgen we maar hier of daar een voetnoot in een of ander literair overzicht. Ook al zijn onze medewerkers geen bestsellers geworden. Ook al zijn we er niet rijk van geworden. Overbodig zijn we zeker niet geweest want anders waren we al lang verdwenen, net als al die andere tijdschriften. En één ding kunnen ze me zeker nooit meer afpakken: ik heb verdomd veel lol gehad bij het maken van Weirdo's. Mijn motto is niet voor niks altijd geweest: 'Je kunt beter aarzelen dan helemaal niks doen'. 30 jaar aarzelen, en dan toch doorgaan, dat kan tellen hé.
Dit nummer is een verzameling van een aantal zeer uiteenlopende bijdragen van de vaste ploeg medewerkers. Opener is een gedicht over de tragische Jordy van Liliane Melis. Etienne Devisch massacreert Brussel in zijn brein en Freda Kamphuis wordt bijna poëtisch over een omgeploegde akker. Frank Roger laat de internationale politiek uitvechten in een verhaal over De Buffet-oorlog. Tekenaar Steven de Rie publiceert enkele stripjes van zijn hilarische reeks Poespoes en de professor. Patrick Heymans tekent cartoons die meer diepte hebben dan je in eerste instantie denkt. Yorgos Dalman schrijft een merkwaardig Zomeravond-verhaal dat het begin van een roadmovie kon zijn. Hubert Van Eygen tracht te bewijzen dat de muziek van Nickelback toch authentiek is, ondanks het feit dat het blijkbaar de meest gehate groep ter wereld is. Henk Puister vraagt zich in zijn gedicht Poëziefestival in de prinsentuin af wanneer de woorden komen.
Guy van Hoof schrijft al zijn 23ste deel in de reeks De hemel heeft geen dak waarin hij de armoede in al zijn facetten vaak literair bekijkt. In de rubriek Erfgoed Revisited wordt het nieuwste boek Kinrooi Op z'n best van Hubert Van Eygen besproken en in Op het kruispunt concludeert Hubert Van Eygen dat de échte Roland Jooris weer is opgestaan in zijn nieuwste dichtbundel Bladgrond. In de rubriek Kort gerokt wordt Bob Dylan nog even in de bloemetjes gezet voor het winnen van de Nobelprijs voor literatuur en Henk Puister tracht in zijn kortje te vergeten wat hem morgen wacht. Frank Roger sluit af met zijn collage Manneke bis.
Hubert Van Eygen tast de grens tussen vreemd en normaal af met bijdragen van Freda Kamphuis, Frank Roger, Ingeborg Haalboom, Patrick Heymans, Henk Puister, Steven de Rie en Guy van Hoof. Daarnaast laat hij ons meekijken in zijn boekenkast terwijl hij al de tijdschriften op een rijtje zet die hij de laatste zes maanden heeft gelezen. Verder is er plaats voor nieuwkomer Etienne Devisch en oude bekende Yorgos Dalman.
Al 29 jaar laat Weirdo's een aparte stem horen in het Vlaamse literaire wereldje. In Hoop (met op de achtergrond het reuzenrad in Parijs, als referentie naar de bomaanslagen aldaar en in Brussel) brengt Hubert Van Eygen een selectie uit het werk van Frank Roger (met zijn commu-nautair verhaal over onze wind), Steven de Rie (huistekenaar sinds 1989), Patrick Heymans (cartonist van de weirde humor) en Guy van Hoof (essayist par excellence over armoede). Daarnaast vind je werk van Hans Claus (loopgraaf-poëzie), Liliane Melis (beklijvend omaverhaal), Ingeborg Haalboom (grafdelverspoëzie) en Yorgos Dalman over vergeten weirdo P. van der Mark. Opvallende nieuweling in de poëzie-afdeling is Peter De Voecht met zijn verbazende Condenspoëzie.
Opmerkelijk is het gedicht Feestboek van Henk Pluister dat nog maar eens het belachelijke van onze nieuwe sociale media naar voren schuift. Het proza-aanbod wordt nog versterkt door een bijdrage van Nielse Hofmans over grenzeloze liefde die enkel dramatisch (of niet?) kan aflopen. Sofie Van Eygen zorgt voor enkele opmerkelijke foto's. Frank Roger sluit af met een beeldgedicht dat aangeeft hoe relatief tijd is.
Dat staat op de cover van dit nummer, boven een tekening van Steven de Rie die al zijn lachwekkende (maar ook meer duistere en grimmige) figuren uit het afgelopen jaar de revue laat passeren. Met deze slogan - die een rechtstreeks gevolg was van de terreurdaden in Parijs - wil Hubert Van Eygen de lezers erop wijzen dat we, ondanks deze wrede terreurdaden, in elkaar moeten blijven geloven en ons niet angstig moeten opsluiten in onze bekrompen huisjes en vooroordelen.
Frank Roger komt met een sterk verhaal over de mens die zijn band met de hem omringende natuur dreigt te verliezen door de overtechnologisering. Essayist Guy van Hoof publiceert zijn 20ste deel in de reeks De hemel heeft geen dak waarin - hoe kan het ook anders - vluchtelingen centraal staan, in combinatie met het werk van o.a.Amos Oz. Heel wat gedichten zijn van oudgedienden Liliane Melis, Henk Puister, Hubert Van Eygen en nieuwkomers Philippe Van Beek en Philippe Caillau.
Bij de recensies valt vooral het stuk van Hubert Van Eygen op over Man in de marge van Marc Hendrickx die op zijn aparte manier de subsidie-politiek in literair Vlaanderen aanklaagt, iets wat Weirdo's al sinds zijn ontstaan in 1986 heeft gedaan. De glimlach komt dan weer volop terug in het beeldgedicht van Frank Roger (werkweekhervorming kent grote bijval), de cartoons van Patrick Heymans en de gagstrip Poespoes en de professor van Steven de Rie.
Dat is de graffiti die Hubert Van Eygen op de havenkade van Le Conquet in Bretagne heeft gevonden. Hij gaat op zoek naar creatieve volwassenen die het kind in zichzelf niet vergeten zijn. Hij verzamelde bijdragen van een aantal volwassen kinderen die durven dromen en die zichzelf weird durven te noemen. Het bovengenoemde citaat wordt vaak toegeschreven aan Ursula K. Le Guin maar zijzelf ontkent dat zij de zin ooit zo heeft geschreven. Zij schrijft zelfs het volgende: But deeper than that lies my aversion to what the sentence says to me: that only the child is alive and creative — so that to grow up is to die. To respect and cherish the freshness of perception and the vast, polymorphous potentialities of childhood is one thing. But to say that we experience true being only in childhood and that creativity is an infantile function — that's something else. Niettemin is het een slogan die veel mensen tot nadenken aanzet én hen misschien stimuleert om ongeremd te zeggen en te schrijven wat ze willen. En dat is nu net wat Weirdo's ook al zo'n 28 jaar probeert te doen.
De gedichten zijn van Freda Kamphuis, Hubert Van Eygen, Francis De Preter, Guido Utermark, Ingeborg Haalboom, Jasper van Loonen Paul Van Dessel. Daarnaast geeft Frank Roger zijn aparte visie op de vluchtelingenproblematiek in zijn verhaal De kolonie, speelt Steven de Rie even voor god in zijn cursiefje God, z'n ezel en zijn muze en staat aankomend talent Nienke Pool voor een dilemma in De wereld gaat ten onder… punt?. Daarnaast publiceert Guy van Hoof het 19de deel in zijn essay-reeks De hemel heeft geen dak. Hij heeft het vooral over het feit dat we onszelf bijna overbodig maken in deze wereld van robots en menselijke machines.
Op beeldend vlak zijn er de knipogende cartoons van Patrick Heymans en de cartoon Poespoes en de professor van Steven de Rie. Daarnaast wordt een opmerkelijk stripverhaal gepubliceerd van maar liefst 7 stripauteurs die samen I wanna be yours tekenden. Een opmerkelijk beeldgedicht van Frank Roger sluit alles mooi af.
Iedereen die afwijkt van de norm maar toch zichzelf wil blijven, staat centraal. Katten op de schutting janken naar de maan en hebben geen schrik om eraf te worden geschoten. Op de cover staat dan ook een symbolische tekening van Steven de Rie waarin twee katten afscheid nemen van hun kompaan die jammer genoeg niet meer naar de maan kan schreeuwen maar er wel in verdwijnt.
Naast de wenkbrauw fronzende gedichten van Hubert Van Eygen, Ingeborg Haalboom en Henk Puister vind je de warme gedichten van Edith Oeyen, het haikoe-achtige Zondagse Rust van Germain Droogenbroodt en een bijna-in-memoriamgedicht van Hans Kilian. Daarnaast mogen de prachtige beeldgedichten van Freda Kamphuis uiteraard niet ontbreken.
Frank Roger schrijft weer een beklijvend verhaal, Bekerfinale, dat de absurditeit van de sociale media ten top drijft. De alles overheersende sociale media komen ook aan bod in de recensie die Hubert Van Eygen schreef over een artikel dat Hans Devroe in het tijdschrift Wel schreef; naar ADHD-journalistiek: En de trivialiteit van veel wat getwitterd, gefacebookt of geyoutubed wordt – hoe leuk ook voor de kennissenkring – werkt debiliserend.
Steven de Rie zorgt weer voor een schitterend cartoon die best in Charlie Hebdo had kunnen staan, maar toch is zijn boodschap anders. Uiteraard zorgt Patrick Heymans weer voor zijn hilarische cartoons met een hoekje af. Hubert Van Eygen bespreekt de cd's van revelatie Halestorm waarin hij zichzelf maar ook en vooral zijn eigen kinderen herkent. Samen met Lzzy Hale schreeuwt hij: Won't give nothing less than all of me. In de rubriek Striperfgoed Revisited bespreekt hij de heruitgaven (door uitgeverij Arboris) van de strips van de Beverpatroelje door MiTacq en Jean-Michel Charlier die voor hem een hoog gehalte aan jeugdsentiment bevatten maar toch tijdloos blijven.
En als schitterende afsluiter schrijft Guy van Hoof het 18de deel in de reeks De hemel heeft geen dak: Massaverbroederingswapens. Betalen met licht waarin hij samen met Carlos Santana beweert dat niet geld maar licht het betaalmiddel van de toekomst is.
Deze kleurrijke verzameling (bijna) readymades werden als Gevonden wreten in de schoot van Hubert Van Eygen geworpen. Naast Mail art van Ulrich Bouchard en Behangversierselen van de familie Van Eygen vind je o.a. een getikt gedicht (wie heeft nog een tikmachine?), een krantenartikel uit 1915 over een wijnroof in Kessenich, een Bretons gedicht, diverse bijdragen die toevallig gevonden werden op het internet, waaronder de bijdragen van Lynn Van Hoof, een lino van Pier Bossuyt, een opmerkelijke oogcartoon van Patrick Heymans, twee overlijdensberichten én een vergeten verhaal van Pierre Van Laeken uit het eigen Weirdo's-archief. Daarnaast zijn uiteraard ook Freda Kamphuis, Guy van Hoof, Ingeborg Haalboom en Frank Roger van de partij. Als toemaatje krijg je er enkele WO I-schilderijen van Modamske bovenop.
Alles draait rond zoeken en vinden én iets terug zien in een totaal andere omgeving als de oorspronkelijke, of zoals Diederick Slijkerman het zegt in het openingsgedicht: Op een vuilnisbelt / vind je het uitvaagsel / dingen weggedaan / de zelfkant van ons bestaan / is het bewijs dat uitbuiting / niet zonder uitschot kan / ook onze spiegel ziet zich terug / op een vuilnisbelt.
Op de cover staat het silhouet van de in juli overleden mede-oprichter Frank Moyaert. Met het beeld vat huistekenaar Steven de Rie het motto van de meeste Weirdo's afgerond samen: de aftakeling is onvermijdelijk en de tijd nà het absolute carpe diem is nooit te overwinnen. De onlangs overleden Joe Cocker wist hoe je pijn in muziek moest steken. Leven is balanceren tussen genot en pijn met de glimlach op de lippen én af en toe slogans scanderen om de samenleving wakker te schudden. Daar draait Weirdo's rond. En als we daar een beetje lol aan hebben, dan is dat leuk meegenomen.
Bijdragen van Steven de Rie (tekeningen), Patrick Heymans (cartoons), Freda Kamphuis (gedichten), Frank Roger (verhaal en collage), Hubert Van Eygen (gedicht en recensies) en Guy van Hoof (essay) mogen niet ontbreken. Maar ook de gedichten van Ingeborg Haalboom, Hans Kilian, Liliane Melis (terug van weggeweest), Henk Puister en Guido Utermark mogen er zijn. Nieuw is Tapiaco die met zijn opmerkelijke collages ten strijde trekt tegen het kapitalisme. Het is een lekker zootje ongeregeld geworden waarvan je op zijn minst kan zeggen dat ze een eigen stem hebben. Nu maar hopen dat iemand naar hen wil luisteren.
Hubert Van Eygen, Steven de Rie en Yorgos Dalman blikken terug op het leven en werk van Frank Moyaert. Dit aparte geval kon ook a pain in the ass zijn. Daarnaast geven de bloggers Henri-Floris Jespers en Flor Vandekerckhove hun mening over dit tragische overlijden. Uiteraard komt ook Frank Moyaert zelf uitvoerig aan bod: van hem zijn 8 gedichten, een beschouwende tekst, een nooit eerder gepubliceerd typoscript en een interview uit Het Belang Van Limburg opgenomen.
Op de cover staat een vertederende en tegelijkertijd fragiele vinylsnede van een poes van de hand van Freda Kamphuis: Haipoes (de voorpagina van haar nieuwste minidichtbundel). Dit eenvoudige beeld met de humoristische én dubbelzinnige ondertitel geeft grandioos weer waarvoor dit tijdschrift staat: een blad recht voor de raap, waarin gelachen mag worden maar waarin ook naar tijdloosheid wordt gestreefd.
Passeren de revue: Martin Wings met verwonderende gedichten en een wenkbrauwen fronsend cursiefje, Freda Kamphuis en Ingeborg Haalboom met hun intrigerende gedichten, Frank Roger met zijn Doomsday-verhaal én zijn Eeuwige Lunchpauze-collage, Guy van Hoof met zijn verhelderende literaire analyse van de welvaartstaat en Patrick Heymans met zijn vaak hilarische cartoons. Nieuwkomer is deze keer Johan Deboes die een poëtische wandeling maakt aan kasteel Middelheim.
Hubert Van Eygen heeft het in zijn Literair Erfgoed Revisited onder andere over de kunstenaar Modamske die een aantal schilderijen maakte rond de Eerste Wereldoorlog waarbij leden van de KVLS gedichten schreven: een prachtige zwart-wit-grijs-ervaring. Daarnaast schrijft hij een afscheid aan de beste striptekenaar die België ooit heeft gekend: Edgar P. Jacobs, de geestelijke vader van Blake & Mortimer.
Op 20 juli 2014 overleed Frank Moyaert ten gevolge van een tragische val vanaf de vierde verdieping van een appartementsgebouw aan de Helenalei te Antwerpen. Hij stierf zoals hij altijd geleefd had: in vrije val. In 1986 was Frank Moyaert mede-oprichter van Weirdo's. Op het einde van de jaren 80 en begin jaren 90 van de vorige eeuw publiceerde hij gedichten, verhalen en recensies in tijdschriften zoals Gist, Leuvense Letters, Naar Morgen, 't Kofschip, Portulaan en Wel. Daarnaast publiceerde hij in Thuis in Schaarbeek en gaf hij enkele nummers uit van Het visnet. In Weirdo's publiceerde hij zo'n 140 bijdragen in de periode 1986 tot 2008. Hij publiceerde vier dichtbundels, Als het leven een gedicht is (samen met Hubert Van Eygen, Nada, 1988), John Lennon (Nada, 1988), Empty bottle neck blues (Artforum/Weirdo's, 1990) en Backstage blues (Weirdo's, 1997).
Dit nummer is een verzameling gedichten van Ingeborg Haalboom, Freda Kamphuis, Henk Puister, Kobe Van Steenberghe, Martin Wings en Hubert Van Eygen zelf. Daarnaast publiceert Frank Roger alweer een sarcastisch toekomstverhaal, De ontgrijzing, en schrijft Martin Wings zijn cursiefje Kaartje in de rubriek 't Huuske. Het beeldend werk is van Patrick Heymans (humoristische cartoons) en Frank Roger (relativerende plakkunst).
In de rubriek Literair Erfgoed Revisited laat Hubert Van Eygen 3 schrijvers uit de Sevens-familie passeren die schreven over de eerste wereldoorlog: vader Theodoor en zonen Constant en Alfons (toch wel de merkwaardigste van de drie). Guy van Hoof schrijft in zijn 14de bijdrage in de reeks De hemel heeft geen dak op eigenzinnige manier over armoede en over hoe 'money rules the world' aan de hand van besprekingen van de muziek van Walter Trout, een roman van Paul Auster en de televisiereeks Anno 1790. Van Hoof komt natuurlijk weer verhelderend en verrassend uit de hoek.
In de rubriek Bij de buren laat Hubert Van Eygen enkele collega-tijdschriften de revue passeren, nl. Passage, Zacht Lawijd, Zuurvrij, Gierik & NVT, Deus ex Machina en Kunsttijdschrift Vlaanderen.
Op de cover staat een prachtig sfeerbeeld van de laatste redactievergadering. Hubert Van Eygen opent met een ode aan Nelson Mandela en publiceert ook een gedicht Eygen Kruis. Verder zijn er gedichten van Henk Puister, Ingeborg Haalboom, Freda Kamphuis en Martin Wings. Frank Roger zorgt voor de maatschappijkritische noot in zijn verhaal De consument van het jaar terwijl Hans Kilian een grimlach opwekt met zijn cursiefje De tatoeage. Voor de tekeningen staan Frank Roger, Steven de Rie en Patrick Heymans in. De diverse facetten van armoede komen tot uiting in het essay De hemel heeft geen dak van Guy van Hoof dat deze keer handelt over Angela's Ashes van Frank McCourt.
Eén van de opvallendste stukken is ongetwijfeld Literair Erfgoed Revisited dat deze keer handelt over volksverteller Jaak Langens. Deze schepper van de guitige Rosse Lei blijkt de eerste wereldoorlog vanop de eerste bank te hebben meegemaakt. In het kader van de 100ste verjaardag van de eerste wereldoorlog publiceert Hubert Van Eygen een hoofdstuk uit de ongepubliceerde roman Verschoppelingen uit het zwarte land van Jaak Langens waarin hij zijn ervaringen aan de IJzer neerschrijft: De grootste menschenslachterij aller moderne tijden.
Ten slotte enkele korte recensies én een opmerkelijke recensie die Marnix Gijsen in 1938 in De Standaard schreef over de dichtbundel Uit zwarte duinen van Florent Van Eygen (zie nr. 103).
Weirdo's bewijst opnieuw dat het één van de weinige literaire tijdschriften in Vlaanderen en Nederland is dat nog écht lol heeft in onze literatuur. 't Is alleen jammer dat de oplage niet boven de 160 exemplaren komt. Op de cover staat een foto van het 13de eeuwse gehavende hoofd van een koningsbeeld dat oorspronkelijk in de gevel van de kathedraal van Evreux (Frankrijk) stond. Het staat symbool voor de vergankelijkheid van onze ijdelheid én de relativiteit van de eeuwige roem die vele schrijvers menen te verwerven met het schrijven van salontafeltjesliteratuur. 't Is net dat soort literatuur dat Weirdo's niet wil brengen.
In de beklijvende gedichten van Freda Kamphuis, Martin Wings, Henk Puister, Kobe Van Steenberghe, Ingeborg Haalboom en Hubert Van Eygen zijn wrange humor en relativering nooit ver weg. Luc Geeraert publiceert het verhaal Polaris, over zijn oneindige maar ook onbereikbare liefde. Frank Roger publiceert een ultrakort verhaal Geheugensteuntje dat op frappante wijze de gevolgen van dementie beschrijft. Martin Wings concludeert in zijn cursiefje Burlen dat de natuur zich gelukkig niet laat regisseren. Voor de illustraties zorgen Steven de Rie en Patrick Heymans én de collage-artiest Frank Roger.
Hubert Van Eygen introduceert een nieuwe rubriek Literair Erfgoed Revisited waarin hij aan de hand van oude publicaties linken legt met pas verschenen literair-historische studies, zoals het prachtige naslagwerk Het boek in Vlaanderen sinds 1800 van Ludo Simons. In deze rubriek doet hij ook een oproep naar de lezers om hem informatie te bezorgen over een zekere F.(waarschijnlijk Florent) Van Eygen die in 1937 de bundel Uit zwarte duinen uitgaf.
Guy van Hoof publiceert het 12de deel van zijn reeks De hemel heeft geen dak waarin hij literatuur en (kans)armoede op een doordringende manier combineert. In deze aflevering staat het werk van de Italiaanse romanschrijver Vasco Pratolini centraal. Patrolini is van oordeel dat het milieu, het gezin, de omstandigheden waarin je opgroeit en terechtkomt erg bepalend zijn voor de rest van je leven.
Hubert Van Eygen staat Op het kruispunt en schrijft een aantal recensies over o.a. Op de kaart van Simon Garfield, Gierik/NVT, Verba, De Auteur, Poëziekrant (o.a. over de nieuwe hoofdredacteur), 't Kandelaartje, Oostland en Hejatomsma.
Op de cover staat de tekst Voor Hubert en Miet, een boekje over middelbare leeftijd, gevolgd door de handtekening van Herman de Coninck, als eerbetoon aan allen die ooit literair erfgoed hebben opgebouwd. In dat kader gaat Hubert Van Eygen in het hoofdartikel dieper in op de literaire erfenis die Neer Vantina ons achterliet en die nu, 30 jaar na de dood van zijn echtgenote, plots opdook op een tweedehandsbeurs in Maaseik.
De dichters zijn weer goed vertegenwoordigd: Hubert Van Eygen, Seger Weijts, Henk Puister, Ingeborg Haalboom, Freda Kamphuis en Martin Wings geven ons hun eigenwijze kijk op deze wereld. Ook present zijn uiteraard Guy van Hoof (De hemel heeft geen dak) en Frank Roger (Opsporingsbericht). De illustraties zijn van de tekenaars Patrick Heymans en Frank Roger én nieuwkomer Bart Geris.
Op de cover prijkt een foto met het plaatje Verboden toegang van Urbex-fotograaf Raf Vanthoor, en op de achterpagina staat een foto van de aarde met als onderschrift Geen toegang: onbewoonbaar verklaard door Frank Roger (collage). Uiteraard trekken Weirdo's zich niks aan van dat verbod. Zij openen deuren die voor normale mensen vaak gesloten blijven.
Naast Frank Roger (Dikke Nullen), Freda Kamhpuis (Meiswijs), Guy van Hoof (De hemel heeft geen dak), Martin Wings (Blik op de weg/ De waan van de nacht) en Hubert Van Eygen (Vergeten belofte/ Waar gaan we vandaan?) komen ook weer enkele nieuwe talenten aan bod zoals Ingeborg Haalboom, Kobe Van Steenberghe, Mauritz Mudde Westerhof en Raf De Bie. De opvallendste nieuwkomer is fotograaf Raf Vanthoor die aan urban exploring doet en dus foto's maakt in allerlei verlaten, leegstaande, vervallen gebouwen. De zes gepubliceerde foto's geven een zeer relativerende kijk op onze vergankelijke wereld.
Hubert Van Eygen nodigde een aantal gewezen én huidige medewerkers uit om een speciale bijdrage te leveren. Naast Steven de Rie (die de prachtige voorpagina tekende), Frank Roger (de verhalenschrijver), Patrick Heymans (de guitige cartoonist), Freda Kamphuis (de opmerkelijke dichteres), Martin Wings (de cursiefjesschrijver) en Guy van Hoof (de alternatieve essayist) komen ook vroegere medewerkers zoals Liliane Melis, Jan Derboven, Edith Oeyen, Ina Stabergh, Guido Utermarken en Pierre Van Laeken aan bod. En uiteraard worden ook enkele nieuwelingen naar voren geschoven, zoals Raf De Bie, Ingeborg Haalboom, Lynn Van Hoof en Marc Vankerkhove.
In zijn voorwoord benadrukt Hubert Van Eygen dat het uitgeven van het 100ste nummer helemaal niet belangrijk is, maar dat het steeds verder zoeken véél belangrijker is, want zij die zoeken vinden elkaar altijd.
Net na de verkiezingen handelen enkele bijdragen uiteraard over de gemeenteraad. Maar daarnaast zijn er de gewone weirde bijdragen van o.a. Freda Kamphuis, Frank Roger, Patrick Heymans, Guy van Hoof, Martin Wings, Henk Puister, Hans Kilian en Hubert Van Eygen. Nieuwkomer Marc Vankerkhove en Frank Decerf verrassen met enkele sterke gedichten. Een andere nieuwe naam is Niels Hofmans. Hij publiceert een opmerkelijk cursiefje over De duurste lamp.
In Tijdloze dromen leveren Frank Roger (een verhaal over het Tongerse museum), Steven de Rie (cartoon), Martin Wings (cursiefje over poetsen), Patrick Heymans (cartoons) en Guy van Hoof (essay over het menselijk kapitaal versus het bankkapitaal) een opmerkelijke bijdrage. Daarnaast zijn er bijdragen van nieuwe medewerkers zoals MJ en Ward Mertens. Verder zijn er nog producten van oudgedienden zoals Diederick Slijkerman, Claude Aendeboom, Ulrich Bouchard en Hannie Rouweler. En Hubert van Eygen schrijft over pas verschenen publicaties én perikelen rond de subsidiëring van tijdschriften. Er is ook een kort fotoverslag van de onthulling van vijf rozengedichten tijdens Geistingen Rozendorp in opgenomen.
Cartoonist Patrick Heymans, striptekenaar Steven de Rie, dichters Freda Kamphuis, Hans Kilian en Hubert Van Eygen, verhalenschrijvers Dirk Biddeloo en Frank Roger en essayist Guy van Hoof doen hun ding het weer. Voorts zijn er gedichten over rozen in het kader van de manifestatie Geistingen Rozendorp die plaats vond op 23 en 24 juni in het mooiste kerkdorp van Kinrooi. Op verzoek van Hubert van Eygen schreven een aantal collega-dichters een gedicht over rozen. De bedoeling is dat enkele van deze gedichten zullen worden vereeuwigd op speciale borden in het Mariapark aan de kerk te Geistingen. Volgende dichters verleenden hun medewerking: Claude Aendenboom, Bert Bevers, Germain Droogenbroodt, Freda Kamphuis, Mark Meekers, Herman Rohaert, Edith Oeyen, Hannie Rouweler en uiteraard Hubert Van Eygen.
Het was in december 2011 25 jaar geleden dat het eerste nummer van Weirdo's werd voorgesteld in Leuven. Frank Moyaert en Hubert Van Eygen werkten op dat moment als vrijwilliger en gewetensbezwaarde bij Amnesty Internationaal Vlaanderen en kregen het sublieme idee om een literair tijdschrift te maken dat anders was dan alle anderen. Hubert Van Eygen was redacteur van het literaire jongerentijdschrift Initiatief dat een karrenvracht aan nieuwe schrijvers publicatieruimte bood, zoals Jo Claes, Guy Didelez, Patrick Bernauw, Dirk Biddeloo, Guido Eekhaut, Ludo Noens, Dirk Rochtus, Joris Tulkens, Ivo Van Orshoven en vele anderen.
Met Weirdo's wilden Hubert Van Eygen en Frank Moyaert een blad maken dat vooral sociaal geëngageerde literatuur een kans bood én dat aandacht besteedde aan de riolen van onze maatschappij. Dat is in de voorbije 25 jaren ook het doel gebleven van Weirdo's dat slechts op een oplage van 160 exemplaren verschijnt. Het blijft ageren tegen de alles overheersende beeldcultuur, de manipulatie van de goedgelovige massa én vooral tegen de ivoren toren-literatuur die enkel salontafeltjes siert van zij die nooit lezen.
Waarom er niet gefeest wordt voor de 25ste verjaardag van Weirdo's legt Hubert Van Eygen uit in zijn editoriaal Waar is dat feestje?. En het eerste deel staat in het teken van de poëtische groet die Hubert aan zijn overleden vader Mathieu Van Eygen brengt.
Verder zijn er gedichten van Seger Weijts, Freda Kamphuis, Hans Kilian en Hejatomsma en cursiefjes van Frank Roger, Patrick Heymans, Martin Wings en Claude Aendenboom. In de rubriek Onlangs Bij De Platenboer worden de nieuwste cd's van Nickelback, K's Choice en Within Temptation besproken. In de rubriek Opgemerkt wordt even stilgestaan bij het overlijden van Louis Brans. Verder zijn er beeldende bijdragen van Patrick Heymans, Frank Roger en Hubert Van Eygen.
Op de cover is een schilderij van Maarten Dedroog afgedrukt: Gimme shelter. Met dit werk behaalde hij een eervolle vermelding in de wedstrijd Trots op Kinrooi die de gemeente Kinrooi uitschreef naar aanleiding van 40 jaar fusiegemeente Kinrooi. De redactie behandelt uitvoerig het boek Trots op Kinrooi, samengesteld door Hubert van Eygen, Mathieu Kunnen en Eddy Smeets. Ook de winnaars in de categorie poëzie werden opgenomen: Mia Smeets (Kinrooi) en Paul Sterk (Weert).
© EYGEN-BOEKEN.be
Online sinds 25/05/2012
hubert.vaneygen@skynet.be
Versie 12.08
Page update 21/10/2024
Alle rechten voorbehouden